Kansspelreclames op de schop. Rolmodellen verdwijnen.

Binnenkort zijn de reclameblokken niet meer gevuld met gokkende voetballers. Vanaf 30 juni 2022 is het – kort gezegd – niet meer toegestaan om bekende personen te gebruiken in kansspelreclames. Het tijdperk waarin Wesley Sneijder, Ronaldinho en Van der Meijde de Nederlandse beeldbuis domineren komt daarmee nog een keer ten einde.

Sinds de online gokmarkt is vrijgegeven in oktober 2021 is de hoeveelheid reclamespotjes van kansspelaanbieders sterk toegenomen. Het merendeel van de aanbieders maakt in hun reclames gebruik van BN’ers (vaak voetballers).

 

De wetswijziging roept vragen op bij de kansspelaanbieder. Wat is bijvoorbeeld het effect van de wijziging op de overeenkomsten gesloten met de voetballer die speelt in de reclamespotjes?

 

Verbod op gebruik van rolmodellen voor wervings- en reclamedoeleinden

Per 30 juni 2022 wordt de Regeling werving, reclame en verslavingspreventie kansspelen ingrijpend gewijzigd. Het komt erop neer dat het verboden wordt om gebruik te maken van rolmodellen voor wervings- en reclamedoeleinden. Hoewel televisiereclames de meest in het oog springende uiting zijn van kansspelreclames, ziet het verbod op alle vormen van reclame. Dus ook reclames op de radio,  in kranten, bushokjes, tijdschriften en via online kanalen (zoals YouTube).

 

Wat is dan een rolmodel? Het begrip rolmodel wordt heel ruim opgevat. Hieronder vallen in ieder geval: professionele sporters, personen actief binnen de entertainment industrie, modellen, politica, personen met een publiek zichtbare rol op het gebied van kansspelen en personen die een zichtbaar beroep vervullen waarvan een maatschappelijke voorbeeldfunctie uitgaat. Ook personen die relevante publieke bekendheid genieten, vallen onder de definitie.

 

Er zijn twee uitzonderingen op het verbod om rolmodellen voor reclame- en wervingsactiviteiten te gebruiken:

  1. Reclameactiviteiten die dienen ter aankondiging van niet-kansspel gerelateerde activiteiten in fysieke vestigingen van casino’s en speelautomatenhallen.
  2. Bij passieve sponsoring.

 

De eerste uitzondering geldt voor reclameactiviteiten die dienen ter aankondiging van niet-kansspel gerelateerde activiteiten van rolmodellen in fysieke vestigingen van casino’s en speelautomatenhallen. Denk aan een voetballer die zijn biografie presenteert in een casino, of een volkszanger die er een optreden geeft. De activiteiten mogen dan op geen enkele manier verbonden zijn met het aanbod van de kansspelaanbieder zelf.

 

De tweede uitzondering is passief sponsorschap. Passief sponsorschap is bijvoorbeeld het sponsoren van een individuele beroepssporter en/of sportteam. Het gaat dan om shirt- en/of materiaalsponsoring. Ook het sponsoren van een televisieprogramma valt onder passief sponsorschap. Deze reclames worden geacht minder directe risico’s op te leveren, omdat het kansspelaanbod niet actief wordt aangeprezen.

 

De ratio achter de wijziging is dat de toename kansspelreclames met een ongericht bereikt sinds de vrijgave van de online markt negatieve gevolgen heeft met name voor kwetsbare jongeren en probleemspelers. Met name deze groepen spelers worden geacht vatbaar te zijn voor kansspelreclames waarin hun rolmodellen worden gebruikt. De gedachtegang van de wetgever is dat rolmodellen een aanzuigend effect kunnen hebben op jongeren om te beginnen met gokken en/of om door te spelen waar dat niet meer verantwoord is.

 

Effect op overeenkomsten met rolmodellen

Maar wat is nu het effect van deze gewijzigde regelgeving op de bestaande overeenkomsten met BN’ers? Kunnen deze overeenkomsten zonder meer worden ontbonden? De wijziging rept hier niet over. Kort gezegd komt dat erop neer dat het risico wordt neergelegd bij de kansspelaanbieders.

 

Of een contract met een rolmodel kan worden ontbonden is daarom afhankelijk van de overeenkomst. Een contractueel beding kan bijvoorbeeld voorzien in de beëindiging. Als er geen bepaling over de beëindiging in de overeenkomst is opgenomen, is het uitgangspunt dat partijen aan de overeenkomst gebonden zijn.

 

Als oplossing kan gedacht worden aan een beroep op de “onvoorziene omstandigheid”. Volgens de wet kan een rechter een overeenkomst ontbinden als daarvan sprake is.  De kansspelaanbieder kan zich daarvoor tot de rechter wenden. Het is uiteraard wel de vraag of sprake is van een onvoorziene omstandigheid. Daarin wordt onder andere meegewogen of de voorgestelde wetswijziging al in kamerstukken of in de media is gepubliceerd of dat partijen zijn bijgestaan door professionele dienstverleners. Het is aan te raden om hierover juridisch advies in te winnen.

 

Contact 

Wilt u uw contract laten beoordelen? Neem gerust contact op met onze kansspelspecialist mr. Guy Billet.

Mr. Guy Billet
Advocaat +31 (0)73-6911979 Stuur bericht